12. Asterix en het 1ste Legioen

Titel in originele taal: Astérix Légionnaire
ISBN-nummer: 9067-93024-5
Eerste druk: 1967
Uitgeverij: Dargaud Uitgeverij
Tekenaar: Albert Uderzo
Scenarist: René Goscinny
Na twee jaar in de grote stad gestudeert te hebben, keert Walhalla terug naar haar dorp, toevallig ook het dorp van onze helden. In het dorp maakt ze zoveel indruk met haar schoonheid dat Obelix prompt op haar verliefd wordt. Hij is zodanig van de wereld dat zelfs een everzwijn hem niet meer interesseert. Asterix geeft hem dan ook de raad om haar het hof te maken. Als Walhalla echter een brief krijgt van haar verloofde Tragicomix, met de melding dat hij gedwongen wordt om mee te vechten met de legioenen van Caesar tegen deze van Scipio, die andere Romeinse veldheer, spat de droom van Obelix in één klap uit elkaar. Als een echte gentleman biedt hij de jongedame aan om haar verloofde uit de handen van de Romeinen te gaan redden. Een plan dat door het gehele dorp wordt gesteund.

De beide vrienden gaan op zoek naar het hoofdkwartier van het Romeinse Legioen, want daar moeten ze weten waar Tragicomix werd naartoe gestuurd. Na wat "aandringen" komen ze te weten dat hij werd verscheept naar Afrika en er zit hen dus niets anders op dan te volgen. De makkelijkste manier om dit te doen is om zelf dienst te nemen in de legioenen in de hoop om ook naar Afrika gestuurd te worden. Ze maken er kennis met hun medesoldaten en hun centurion Hotelterminus. Iedereen wordt voorzien van een uniform en worden dan overgedragen aan hun instructeur Wattunclus en hun opleiding kan van start gaan. Het spreekt vanzelf dat deze opleiding niet snel genoeg kan gaan voor Asterix en Obelix, hetgeen hun oversten wanhopig maakt en herhaaldelijk in tranen doet uitbarsten. Gezien het troepentekort van Caesar duurt het niet lang of de 1ste centurie van het 2de manipel van het 3de cohort van het eerste legioen wordt in actieve dienst gezet en moet snel afreizen naar Afrika.

In hun legerkamp gaan ze dadelijk op zoek naar Tragicomix. Ze vragen wat rond en het duurt niet lang voordat ze een tip krijgen van Stomp, een medesoldaat. Caesar heeft een spion in het kamp van Scipio en ze krijgen de kans om deze te spreken. Zo komen ze erachter dat Tragicomix gevangen zit in het kamp van Caesars tegenstander. De Galliërs laten er geen gras over groeien en breken uit het kamp om op zoek te gaan naar Walhalla's verloofde.

Door hun uitbraak worden ze gezien als spionnen en de troepen van Scipio aanzien hun uitbraak als een aanval. Beide partijen zijn er nu van overtuigd dat ze aangevallen worden het geen Asterix en Obelix de kans geeft om hun nieuwe vriend te vinden. Ze beseffen niet dat zij verantwoordelijk zijn voor de gevechten die Caesar als bij toeval de overwinning heeft opgeleverd. De veldheer toont zijn dankbaarheid door ze te ontslaan uit het leger en ze een vrijgeleide naar huis te geven. Terug in Gallië kan Tragicomix in de armen van zijn verloofde vallen en kunnen Asterix en Obelix met alle eer aan de haal gaan. Walhalla is enorm dankbaar en zowel Asterix als Obelix zijn volledig van de kaart.