11. De ogen van Tanatloc

Titel in originele taal: Les yeux de Tanatloc
ISBN-nummer: 9064-21575-8
Eerste druk: 1986
Uitgeverij: Uitgeverij Le Lombard
Tekenaar: Grzegorz Rosinski
Scenarist: Jean Van Hamme

In het tweede deel van dit drieluik is Thorgal samen met Aaricia, Tjall en Kriss van Valnor nog steeds op weg naar de Mayaxatl, de stad der verdoemden om er de God Ogotaï te doden. Enkel zo kunnen ze de Xinjing stam in het land van Qâ van de ondergang redden. De tocht is lang en niet zonder gevaar en ondertussen moeten Jolan en Boomvoet hun dagen doorbrengen in de stad van de Xinjing. De tijd dringt voor Thorgal en de zijnen want Tanatloc, de God van de Xinjing ligt op sterven. Variay, De eerste regent van de Xinjing probeert zijn meester wat te kalmeren door te zeggen dat Kris van Valnor en Thorgal hun doel naderen. Bij het horen van de naam Thorgal schrikt de man. Hij vraagt om alleen gelaten te worden en wil Jolan alleen spreken.

Als Jolan op bezoek komt bij de oude blinde man is hij vijandig maar de man kan hem met zijn woorden kalmeren en tijdens hun gesprek leert hij Jolan dat hij speciale gaven heeft. Hij heeft die gaven van zijn grootvader geërfd en hij kan met zijn gedachten de materie van het heelal beheersen. Jolan gelooft het niet dadelijk maar de man geeft hem een demonstatie die hem overtuigt. De man leert hem eveneens dat Jolans gedachten over verre afstanden kunnen reiken en nog die nacht beslist hij om in contact te komen met zijn vader die gewond is na een aanvaring met een grote krokodil. Samen met Tanatloc kan hij Thorgals verwondingen vanop afstand genezen zodat die zijn tocht kan verderzetten in een goede gezondheid. Deze actie heeft echter te veel gevraagd aan Tanatloc waardoor hij sterft.
Tanatloc had zijn overlijden voorzien en als vorm van testament heeft hij een boodschap achter gelaten voor Variay waarin hij de waarheid opbiecht aan zijn trouwe vriend.

Hij vertelt zijn eerste Regent dat hij helemaal geen God is maar een bezoeker van een andere planeet, ver van aarde. Zijn echte naam is Xargos en hij reisde vele jaren geleden met een ruimteschip terug naar aarde. In zijn gezelschap waren zijn dochter Haynee en haar vriend Varth. Een meningsverschil zorgde ervoor dat Varth hem het schip liet verlaten in een gondel en alleen zijn tocht moest verderzetten naar de Aarde. Hij kon veilig de oppervlakte bereiken maar Varth en Haynee hadden minder geluk. Zij kwamen door een navigatiestorm in het Noorden terecht op een klein eiland. Ze maakten een boot om het vasteland te bereiken maar kwamen in een hevige storm terecht. Tijdens die storm beviel Haynee van een zoon. Om het kind van een zekere dood te redden werd het in een onzinkbaar vlot gelegd en aan de zee toevertrouwd. Dagen later vonden enkele Vikings het vlot en ze noemde het kind Thorgal. Toen Tanatloc de naam Thorgal hoorde schrok hij omdat hij de naam van zijn kleinzoon herkende. Jolan is dus zijn achterkleinkind. Tanatloc of Xargos, nam contact op met de Xinjing omdat hij vele jaren geleden besefte dat Ogotaï niemand minder was dan zijn schoonzoon Varth die met behulp van een speciale helm de mensen wou onderwerpen. De dood van Haynee had hem gek gemaakt. Thorgal is dus op weg naar Mayaxatl om zijn vader te doden. Xargos smeekt zijn oude vriend dan ook om de missie af te blazen of om ervoor te zorgen dat Thorgal er niet meer aan zal deelnemen.

Variay moet beslissingen nemen voor het goed van zijn volk en beslist tegen zijn eer in om Thorgal zijn missie te laten uitvoeren. Hij beseft nu ook dat Jolan dezelfde krachten heeft als zijn overgrootvader maar dat hij ze nog moet leren controleren. In ieder geval spreekt hij bij de begrafenis van Xargos het volk toe en stelt Jolan aan als nieuwe leider van de Xinjin. Ze zullen hem Hurukan noemen, wat zoveel betekent als "hij die ziet". Ondertussen hebben Thorgan en zijn gezellen de stad bereikt. Voor hen begint het gevaar nu pas.

Opgemerkt:

  • De namen van de Goden en de vorm van de stad Mayaxatl geven de indruk dat Xargos en Varth afstammelingen zijn van de oude Maya's. een oude beschaving die 2000 jaar vC leefden in Centraal-Amerika.