2. Popaïne en oude kunst

Titel in originele taal: Popaïne et vieux tableaux
ISBN-nummer:
Eerste druk: 1959
Uitgeverij: Uitgeverij Dupuis
Tekenaar: Maurice Tillieux
Scenarist: Maurice Tillieux

Guus Slim staat op gespannen voet met een bende Popaïne smokkelaars die het verdovende middel vanuit Italië doorheen Europa verspreiden. Samen met Kersensteeltje en Vlinder houdt hij Nello Malaparte, één van de spilfiguren van de bende in het oog. In Gent ontdekken ze dat de drug in koffers verscheept wordt naar de ambassade van Norland in Parijs. Malaparte heeft hen echter door en bedenkt een plan om zich van zijn belagers te ontdoen. Hij denkt in zijn opzet geslaagd te zijn maar Guus overleeft de aanslag en die hoopt dan ook dat Kersesteeltje de bandiet heeft kunnen volgen.

Zijn hoop is gegrond want Kersesteeltje heeft de gangster kunnen volgen tot aan een kasteel in Nieuwenhoven. Het zwaarbewaakte domein is eigendom van Stefan Palankin, een rijke kunstverzamelaar en het brein achter de popaïnesmokkel. De man stelt één keer per week zijn kasteel open voor het publiek en zo kan Kersensteeltje haar ogen openlijk de kost geven. Terug thuis vertelt ze aan Slim en Vlinder hoe de vork in elkaar steekt en enkel wanneer ze de boekhouding van Palankin in handen krijgen kunnen ze de boef vatten.

Vlinder leest in een krant dat de drugbaron een feestje geeft om de komst van een nieuw kunstwerk te vieren en stelt voor om de plaats in te nemen van één van de genodigden. Ze besluiten om hun uit te geven als de Griekse schilder Aristos Zaimis en reder Papatamiminos. Hun plan slaagt en zo kunnen ze onbevreesd het kasteel. Ze lopen er echter Malaparte tegen het lijf en deze lijkt Vlinder te herkennen. Terwijl Palankin een speech geeft om zijn nieuwe Rembrandt aan het publiek voor te stellen sluipen ze in zijn bureau om het grootboek uit de kluis te stelen. Het is voor een kraker als Vlinder een koud kunstje om de brandkast te openen maar als ze het boek in handen hebben daagt Malaparte op. Hoewel ze de man kunnen overmeesteren wordt er toch alarm geslagen. De overmacht is te groot en niet veel later staan beide mannen voor Palankin die hen opdraagt te vertellen waar het boek is. Voor ze gevangen werden genomen heeft Guus het boek kunnen verstoppen en Palankin daagt er niet voor terug om Vlinder en zijn baas te martelen om de locatie van het boek te verkrijgen.

Slim had dit echter al voorzien en had op voorhand de politie verwittigd. Deze stormen niet veel later onder leiding van inspecteur Spek het kasteel binnen met een huiszoekingsbevel. Als ze de mannen in de kelders van een toren vinden wordt de kasteelheer in de boeien geslagen en wanneer Guus de boekhouding ook nog eens in handen kan geven van de politie is het spel uit.