2. Het opgejaagde weeskind

Net voor haar overlijden heeft Barones Cammo Milje aan beide vagebonden gevraagd om Joeki naar de kostschool van haar vriendin te brengen teneinde de jongen van de best mogelijke opvoeding te laten genieten. Tijdens hun tocht worden ze nog steeds op de hielen gezeten door Speurder nummer 17 en in Merxem ligt hij de vagebonden in een hinderlaag op te wachten. Als ze een melkboerinnetje bijna aanrijden krijgen ze een verwijt naar de oren gesmeten waardoor ze weten dat de speurder op de loer ligt.
Dankzij een vermomming weten ze nummer 17 te misleiden en raken ongezien tot in het bos. Daar voltrekt zich bijna een drama wanneer een jager een fazant wil schieten in het struikgewas waarin Joeki en Bertrand zich schuilhouden. Robert kan zich nog net voor het schot gooien waarbij hij een lading hagel in zijn been krijgt. Bertrand verjaagt de jager en terwijl hij de wonden van zijn vriend verzorgt loopt Joeki naar het dorp op zoek naar een dokter. De hond van de boswachter dwingt Joeki echter om zijn toevlucht te nemen in een jagershut waar hij de mooie Clara Frikrijk ontmoet. Clara is de dochter van Notaris Frikrijk en ze gebruikt de hut om haar geliefde Pieter in het geheim te ontmoeten. Haar vader, die zware financiële problemen heeft, wil immers dat ze huwt met Baron Van den Keske de Jevoe om er zo financieel weer bovenop te komen.

Clara helpt het been van Robert verzorgen en gezien Robert enkele dagen niet kan bewegen vragen de vagebonden aan Clara om Joeki naar de kostschool te brengen. Bij kostschool "Ons Nest" worden ze vriendelijk ontvangen door juffrouw Lepelaer die de school bestuurd. De vrouw vervangt haar overleden nicht die de vriendin was van Barones Cammo Milje en wanneer ze in de papieren leest dat Joeki een Moldavische prins is beraamd ze een duivels plan. Ze ontbiedt Notaris Frikrijk en vraagt hem om de akte van nalatenschap te vervalsen in haar voordeel in ruil voor de helft van de buit. De notaris die een eervol man is kan het niet en vraagt bedenktijd.
Ondertussen heeft de jager, die Baron Van den Keske de Jevoe blijkt te zijn, speurder nummer 17 ingelicht over hun verblijf in de jachthut. Gelukkig heeft Clara alles gehoord en zo kunnen ze de arm der wet weer te snel af zijn en een onderkomen te vinden in het atelier van Pieter.

In de kostschool kan Joeki de vernederingen niet meer aan en besluit te ontsnappen. Via de schoorsteen raakt de knaap tot op het dak maar door de regen heeft hij geen houvast en stort naar beneden. Hoewel een hoop bladeren zijn val breekt maakt hij zoveel lawaai dat de bestuurster wordt gealarmeerd. Zo kan ze net op tijd ingrijpen wanneer Joeki - nog steeds wat verdoofd door de val - over de hoge muur klautert. Nummer 17 is getuige van het voorval en heeft de vrouw door maar speelt het spel mee in de hoop zo de vagebonden in de val te lokken. Hij verspreidt dan ook het verhaal dat Joeki slecht behandeld wordt en naar een gesticht zou verkast worden. Wanneer het bericht aan de oren van Robert en Bertrand komt kunnen ze niet anders dan ingrijpen. Ze beramen een plan waardoor ze ongezien in de kostschool kunnen geraken. Daar horen ze hoe de Notaris het voorstel van Juffrouw Lepelaer voorgoed afwijst en kunnen ze de vrouw tot bekentenissen dwingen. Nu moeten ze enkel nog aan de speurder ontkomen. Via de riolering kunnen ze het marktplein bereiken waar net een kermis aan de gang is. De grote blikvanger is de luchtballon die klaar staat om op te stijgen. Achtervolgd door Nummer 17 zoekt het drietal hun heil in de ballon waardoor ze in vrijheid opstijgen tot grote frustratie van de speurder.

Opgemerkt:

• De naam van de Baron in dit verhaal is een vernederlandsing van het Frans "Qu'est-ce que je vous". Hoewel dit op zich niets betekent gebruiken Vlamingen deze uitdrukking om spot te drijven met Franstaligen.