Het verhaal start met de ontvoering van Jean Jean. Blijkbaar is de knaap een neef van de beroemde professor Le Gall. De professor heeft een uitvinding gedaan die de ontginning van aardolie sterk zou terugdringen. Vanzelfsprekend zouden veel industriëlen hier niet gelukkig mee zijn. Hun belangen in het slijk der aarde is immers immens groot. Via Jean Jean proberen ze de professor onder druk te zetten.
Lefranc heeft de bende al snel in de gaten en volgt ze naar het stadje Mont-Saint-Michel. Daar ontdekt hij
dat Jean Jean door een zekere Fiuselli wordt vastgehouden in een huis van oliemagnaat Fischer. Het duurt dan ook niet lang of Lefranc kan Jean Jean bevrijden.
Achter de schermen is Fischer woedend omdat hij hierdoor zijn greep op Le Gall is verloren en ten einde
raad schakeld hij Axel Borg in. Borg moet de jongen terug ontvoeren maar eer dat hij iets kan doen heeft
de oom van Jean Jean hem reeds in veiligheid gebracht in een oude vuurtoren waar ook de professor werkt.
Als bij toeval komt Borg achter de schuilplaats van de professor en samen met enkele companen steelt hij
de de uitvinding.
Ondertussen is er een enorme storm opgestoken waardoor Borg en zijn trawanten niet terug aan hun boot geraken. De uitvinding valt letterlijk in het water en wanneer de bandiet ook nog eens een vuurpijl naar Lefranc schiet is het hek van de dam. De brandstofpillen die in het water zijn gevallen zorgen voor een enorme olieplas en dit in combinatie met een brandende vuurpijl geeft in een mum van tijd een niets ontziende inferno.
Ondanks het oprukkende vuur kan Lefranc, Jean Jean en enkele vrienden veilig de vuurtoren verlaten maar kon de professor dat ook of is hij in de toren gebleven? Wanneer de vuurtoren even later explodeert, wordt alle hoop opgegeven.