Lefranc wordt door zijn hoofdredacteur uitgenodigd op restaurant om er te komen luisteren naar het verhaal van Marlène van Lieds. Marlène is Duitse en haar vader had tijdens de oorlog het bevel over een pantzercolonne die in de buurt van het Franse dorpje Luxeuil-le-Bains werd aangevallen door twee vliegtuigen van onbekende origine. Terwijl zijn adjudant foto's van de vliegtuigen maakte kon hij met een mitrailleur één toestel neerhalen. Het bleek niet voldoende want de vliegtuigen waren zo efficiënt dat ze alle tanks in een mum van tijd hadden uitgeschakeld en de officier als enige overlevende achterlieten. De Duitse generale staf geloofde zijn verhaal niet en de Kolonel heeft nooit verteld waar het wrak van het neergeschoten vliegtuig is neergestort. In ongenade gevallen werd de soldaat naar het Oostfront gestuurd waar hij sneuvelde. Toen ook vele jaren later zijn vrouw stierf kreeg Marlène het dossier dat hij had aangelegd in handen. Zij wil nu weten wat er juist is gebeurd en van aan die geheimzinnige vliegtuigen, die nooit meer teruggezien werden, toebehoorden. Lefranc moet van zijn hoofdredacteur helpen om het mysterie te ontrafelen.
De volgende dag gaat hij samen met Marlène naar het ministerie van Defensie om inzage te krijgen in de militaire documenten van die tijd maar hij wordt er duidelijk met een kluitje in het riet weggestuurd. Waarom mag hij de documenten niet inkijken? Het dossier van Kolonel van Lieds vermeldde duidelijk de regio waar het gebeuren zich heeft afgespeeld en dus besluiten ze om zich ter plekke te gaan vergewissen. Lefranc denkt ook dat zijn oude vriend Jules Meyer hen zal kunnen helpen, hij is immers eveneens journalist voor een plaatselijke krant. De volgende dag reeds hebben ze een gesprek en Meyer brengt hen naar het meertje waar volgens Marlène het toestel is gecrashed. Als ze in het meer duiken vinden ze inderdaad het wrak van het toestel, de piloot nog steeds in zijn cockpit. Ze stijgen om het nieuws aan Meyer te vertellen maar dan wacht er hun een verassing. Twee gewapende mannen hebben de journalist neergeslagen en wachten hen op en eisen dat ze met hun meegaan. Dan weerklinken er plots enkele schoten en de twee mannen kiezen ervoor om het hazenpad te nemen. Als ze uit het zicht zijn verdwenen komt er een man uit het struikgewas. Het is Charles Valmont, de eigenaar van het domein. Hij zag hoe ze onder schot werden gehouden en besloot in te grijpen. Wel wil hij weten wat Lefranc en zijn vrienden op zijn eigendom uitspoken. Ze brengen hem op de hoogte en de man's nieuwgierigheid is onmiddellijk gewekt. Als eigenaar van het meer geeft hij toestemming om het vliegtuig te bergen en biedt zijn hulp aan.
De voorbereidingen voor de berging gaan van start maar Lefranc blijft op zijn hoede. Hij denkt immers dat de mannen die hen belaagde mannen zijn van de Franse DPSD, de geheime dienst van het leger. Zijn argwaan is terecht want tijdens de berging duiken plots gendarmes op. Zij eisen het wrak op in naam van de staat. Lefranc en Valmont
protesteren maar kunnen niet anders dan gehoorzamen. Meyer heeft echter tijdens de berging iets gezien dat hen het onderzoek kan doen verderzetten. Op het wrak zag hij de naam van de vermoedelijke constructeur: "Tessier".
De Tessiers werkten in de oorlog aan een revolutionaire toestel en investeerden een fortuin in een fabriek en productielijn om het veelbelovende toestel te produceren. De Franse staat nationaliseerde dan plots alle vliegtuigbouwers en de Tessiers gingen hier niet in mee waardoor de bestelling van het leger er ook niet kwam. Ze konden niet anders dan de fabriek sluiten, nog voor er één toestel van de productielijn rolde. De fabriek werd later in de oorlog tot overmaat van ramp ook nog eens gebombardeerd door de Amerikanen en werd nooit meer opgebouwd. Omdat Meyer denkt dat het gevonden vliegtuig een prototype is van Guillaume Tessier besluiten ze de ruïnes van de fabriek te gaan doorzoeken in de hoop een aanwijzing te vinden.
De volgende ochtend doorzoeken ze het domein van de voormalige fabriek en in een relatief ongeschonden gebouw vinden ze tot hun grote verbazing een exacte copy van het toestel dat ze uit het meer hebben gelicht. Dit is het bewijs dat het vliegtuig inderdaad een Tessier was. Meyer neemt snel wat foto's maar wordt dan brutaal onderbroken door enkele rijkswachters die hen arresteren voor inbraak en diefstal. Protesteren heeft geen zin en het drietal wordt afgevoerd naar de post van de gendarmes. Dankzij de tussenkomst van Valmont duurt hun gevangenschap gelukkig niet lang en samen proberen ze de evenementen aan elkaar vast te knopen in de hoop achter de waarheid te komen. Valmont vertelt hen dat Tessier nog steeds leeft maar vreest voor diens leven omdat hij op de politiepost heeft gehoord hoe de brigadier het adres van Tessier via telefoon doorgaf aan een persoon. Ze nemen het zekere voor het onzekere en besluiten om gewapend naar de villa van Tessier te trekken. Lefranc sluipt tot aan een open venster en is getuige van een gesprek tussen Generaal Caseneuve en Tessier, die gebonden in een stoel zit. Hij hoort hoe Caseneuve tijdens de oorlog corrupt was en koos voor een ander en minderwaardige vliegtuigconstructeur. Om de superioriteit van zijn vliegtuigen te bewijzen bouwde Tessier twee prototypes en viel de panzercolonne aan. Hoewel zijn neef, piloot van het gecrashte toestel, daarbij om het leven kwam bleek hij wel zijn punt gemaakt te hebben. Caseneuve wil kost wat kost dat tweede toestel in handen krijgen om het te laten verdwijnen. Als de waarheid aan het licht komt zou het immers zijn sterren kosten. Lefranc weet genoeg en samen met de drie anderen banen ze zich al schietend een weg naar binnen. De generaal wordt hierbij gewond aan de arm maar hij kan met de agenten vluchten. Zo kunnen ze nu de waarheid achterhalen. Tessier vertelt hen over de "Ares", het toestel dat op alle gebieden beter was dan dat van de concurrenten maar dat uitgesloten werd van de openbare aanbestedingen dankzij de corrupte Caseneuve. Alvorens zijn artikel naar de krant te sturen vertelt Lefranc zijn verhaal aan commissaris Renard die al op de hoogte was van de manier waarop de DPSD te werk is gegaan en daarbij burgers in gevaar heeft gebracht. De regering heeft de organisatie om opheldering gevraagd en voorlopig zal er dus geen gevaar meer zijn. Renard weet echter dat de dienst het er niet zal bij laten en in de toekomst zich toch tegen de vliegtuigbouwer zal keren. Tessier besluit dan maar om samen met zijn toestel het land waarvoor hij heeft gevochten te verlaten.
Opgemerkt: