Het is 1954 en boven Indochina hangt er een zwaar onweer. De donderslagen maskeren het geluid van een Franse DC-10 met daarin Commandant Morane zijn vriend Bill Ballentine, de neuroloog professor Borulnik en een peleton Franse paracommandos. Ze zullen gedropt worden boven het oerwoud waar ze een geheime missie moeten uitvoeren. Bob en de professor springen eerst maar omdat Bill aarzelt om te springen landen ze ver buiten de dropzone. Morane gaat naar hen op zoek en tegen de ochtend vindt hij alle soldaten terug. Ze zijn uitgemoord. Bill kwam in een boom terecht en werd daardoor gered van een zekere dood. Hij kan vertellen hoe de soldaten door drie vrouwen met samourai-zwaarden werden in de pan gehakt. De vrouwen leken wel door de duivel bezeten en lieten de geoefende soldaten geen kans.
Het overgebleven drietal trekt dan naar een Frans legerkamp waar ze hun gids zullen ontmoeten. Hun gids is er niet maar ze vertellen aan kampcommandant Generaal Beaufranchet hun verhaal. De man blijkt niet verrast en vertelt zijn bezoekers dat het niet over een geïsoleerd geval blijkt te gaan. Zijn woorden zijn nog niet koud of er komt een Jeep het kamp ingereden. Aan het stuur een zwaargewonde soldaat. Hij en zijn maten zijn in handen gevallen van de furies maar hij kon de aanval filmen. Terwijl hij verzorgd wordt laat Morane de film ontwikkelen en ze zijn verbijsterd met het resultaat. Alle vrouwen lijken als twee druppels water op elkaar. Professor Borulnik is er dan ook van overtuigd dat ze de maken hebben met uiterst goed gemaakte klonen.
Terwijl men binnen naar de film kijkt weerklinken er buiten geweerschoten. Het legerkamp wordt aangevallen door tal van klonen die zich onbevreesd op de soldaten storten. Bob, Bill, de professor en de generaal slagen er nipt in om de garage te bereiken waar een gepantserde vrachtwagen staat. Met deze wagen kunnen ze door de rangen van de aanvallers breken en ongeschonden uit het strijdgewoel te geraken. Tijdens hun vlucht rijden ze één van de klonen aan en Bob neemt haar mee zodat de professor haar later kan onderzoeken. Ze rijden naar het dorp waar hij gids woont en dat blijkt een vrouw te zijn. May, zo heet ze, vertelt dat ze niet naar het kamp is gegaan omdat ze te weten gekomen is dat de aanvallen verband houden met de verboden tempel van Lac Long Quân. Bob zijn nieuwsgierigheid is gewekt en samen gaan ze naar de tempel. Bob zal de tempel alleen doorzoeken en stuur Bill en May terug naar het dorp waar de professor de kloon ondertussen heeft onderzocht. De vrouw was niet alleen een kloon maar eveneens gehersenspoeld. De professor heeft dat kunnen omkeren waardoor de vrouw nu onschadelijk is en hen zelf wil helpen. Ze brengt hen zelfs naar de geheime basis van de klonen, dieper in het oerwoud. Dankzij Loc, het broer van May en zijn rebellen kunnen ze de basis binnentrekken. Ze ontdekken het labo waar de klonen worden gemaakt en het centrum waar de vrouwen worden geprogrammeerd maar komen er niet toe om de installaties te vernietigen omdat ze ontdekt worden en in de boeien worden geslagen.
Bob is intussen diep in de tempel doorgedrongen maar zit op een dood spoor. Hij kan niets vinden en net als hij wil vertrekken wordt hij gestoord. Enkele klonen brengen zijn vrienden naar binnen en Bob kan niet anders dan uit de schaduw te treden om zijn vrienden proberen te bevrijden maar wordt zelf overmeesterd. De groep wordt naar de leider gebracht en Bill en Bob zijn verrast wanneer ze oog in oog staan met hun aardsvijand Ming, beter gekend als "de gele schaduw". Hij wil met medewerking van Generaal Ho Chi Minh de wereld vernietigen. In de tempel ontdekte Ming restanten van een buitenaardse beschaving. Hij vond er exact 100 eieren die hij wil uitbroeden omdat ze wezens bevatten die de mensheid makkelijk zou kunnen vernietigen. Gelukkig kan Bob zijn vijand verhinderen om het uitbroedproces af te werken. Ming zelf kan weer eens ontsnappen maar voorlopig is de mensheid toch weer even gered.