Na een vakantie in Frankrijk valt de familie Kiekeboe zonder benzine in een verlaten gebied. Tot overmaat van ramp barst er een hels onweer boven hen los. Op zoek naar een schuilplaats vinden ze een kasteel waar de tijd lijkt stil gestaan te hebben.
De aanwezigen zijn allen uitgedost in de klederdracht van het einde van de 19de eeuw en beweren nazaten de zijn van de net vermoorde kasteelheer Honoré van Gatspiegel. Hoewel alles maar luguber is besluiten de Kiekeboes toch te blijven omdat buiten nog steeds een zwaar onweer raast. Die nacht krijgen ze echter niet veel nachtrust. Overal verschijnen spoken, weerwolven en geesten zodat Charlotte er geen minuut langer wil blijven. Buiten is het ondertussen gestopt met regenen maar het griezelen houd niet op. Vampieren, monsters en folterkamers dwingen hen terug naar binnen. Als Paddesmoel voor hen gaat lopen zetten ze de achtervolging in. Ze ontdekken een geheime gang die naar een moderne controlekamer leidt. Achter de schermen vinden ze een levende Honoré van Gatspiegel terug die zichzelf voorstelt als directeur van de Spookfirma, een apart bedrijf gespecialiseerd in griezelparty's.
Het toeval wou dat de Kiekeboes terecht kwamen midden in de uitvoering van een programma dat niet stopgezet kon worden.