Onderweg naar een gastronimosch weekend is inspecteur Sapperdeboere ongewild getuige van de dood van Luc Raak. Blijkt dat de man een collega is van Kiekeboe maar dat niemand weet dat Luc Raak reeds meer dan een jaar de firma heeft verlaten. Kiekeboe kan de zaak niet laten rusten en stelt zelf een onderzoek in. Hij gaat zich informeren op de plaats van overlijden; het stationsbuffet. De ober weet Kiekeboe te vertellen dat er nog een man zich over het gebeuren kwam informeren. De man is nog aanwezig maar hoort de ober het verhaal vertellen en maakt zich uit de voeten alvorens Kiekeboe hem kan spreken. Kiekeboe is niet veel wijzer geworden maar de geheimzinnige man volgt hem in de hoop eveneens meer te weten te komen.
Onderweg naar huis passeert Kiekeboe een fotograaf en ziet als bij toeval een foto van Luc in de etalage. Hij doet zich voor als een oude schoolkameraad en bekomt zo een adres. Hij verneemt ook dat Luc Raak zich de alias Paul Meunier heeft aangemeten. Terwijl hij met de huisbazin van Luc Raak spreekt ziet de man van het stationsbuffet zijn kans groot om in te breken in het appartement van de overledene. Kiekeboe wordt gealarmeerd door het lawaai en betrapt de man op heterdaad. Marcel incasseert een rake klap maar in het tumult verliest de inbreker een enveloppe. De inhoud van deze enveloppe? Een stukje pellicule uit een film van Laurel en Hardy.
Met het stukje film als enig aanknopingspunt richt Kiekeboe zich tot de vader van Stan, Fanny's nieuwe vriend. De man is een expert op het gebied van Laurel en Hardy maar kan de scene op de film niet thuisbrengen. Terwijl mijnheer Punt de film verder onderzoekt gaat Kiekeboe met Konstantinopel naar het Cirus. Het zou zijn zinnen wat kunnen verzetten maar wanneer hij de naam van Luc Raak ziet staan bij de eigenaars van het Circus heeft hij een nieuw aanknopingspunt. Hij richt zich tot Bob Slee. De man vertelt Kiekeboe dat Luc Raak geld in zijn circus had gestoken met de bedoeling een circus-imperium uit te bouwen maar zijn geld verdween als sneeuw voor de zon. Hij werd ook goed bevriend met de clown Marjop. Zo goed zelfs dat de clown hem een beeld van Sint-Ezijzer cadeau gaf.
Het volledige gesprek werd gevolgd door Frank Kzerokz, de man uit het station, die het beeld in het appartement van Luc Raak had gezien. De dief gaat naar de wagen van de clown en slaat hem neer. Voor hij het hazenpad kan kiezen komt er iemand aan de deur om de clown de verwittigen dat hij op moet voor de show. Kzerokz verkleedt zich als clown en eenmaal in de piste verdwijnt hij voor de ogen van Konstantinopel die hem nog hoort zeggen waar hij naartoe gaat. Kiekeboe begrijpt het en vraagt aan Fanny die daar in de buurt is om samen met Stan het beeld te gaan ophalen. Daar aangekomen stoten ze op de man die het beeld reeds onder de arm heeft. Hij vlucht weg over de daken maar Stan is veel sportiever en zorgt ervoor dat het beeld terug in de armen van Kiekeboe valt. De waarde van het beeld wordt duidelijk wanner Kzerokz die nacht bij de Kiekeboes inbreekt en het beeld steelt. Hij heeft wederom pech want Fanny en haar nieuwe vriend komen net thuis van een nachtje stappen en kunnen de dief overmeesteren. Hierbij valt het beeld in duizend stukken en merken ze dat in de aureool van het beeld een filmspoel van Laurel en Hardy zit. Stans vader wordt er weer bij gehaald en het blijkt dat de spoel de laatste film van Laurel en Hardy bevat. De film, zo werd gedacht, was nooit afgewerkt maar deze vondst is een belangrijke in de filmgeschiedenis. Ze draaien de film maar tijdens de voorstelling daagt de onvermijdelijke Kzerokz weer op. Onder bedreiging van een pistool steelt hij de film maar krijgt een ongeval tijdens zijn vlucht. Hij wordt seconden voordat de auto ontploft uit het wrak gehaald maar de film is reddeloos verloren. De man bekent te handelen in naam van een rijke verzamelaar die een fortuin over had voor de film. Het zou de financiële problemen van het dubbelleven van Raak kunnen oplossen, maar alvorens tot de verkoop te kunnen overgaan ging hij dood. Van pech gesproken.