44. Hotel O

De firma Snotdolf heeft een procédé ontwikkeld om graatloze vissen te ontwikkelen. Andermans, de assistent van Snotdolf, laat zich omkopen door de louche zakenman Van Avondt. Hij moet een staal van de eitjes stelen en afleveren in de Monet kamer van hotel "O". Een splinternieuw hotel in Ile faux le fer, een eilandje voor de Franse zuidkust en eigendom van een man met een onuitspreekbare naam: Osnoprodavonoblikavitch. Helaas heeft Andermans geen kaas gegeten van kunst en levert de stalen af in de Manet-kamer. De kamer van de Kiekeboes waarin Dédé le pareseux, een landloper, net heeft beslist om een dutje te doen. Op zich geen probleem, ware het niet dat het hotel te leiden heeft onder een inbrakenplaag en dat ook de stalen worden gestolen vanuit te kamer.

Van Avondt en zijn handlanger Van Acht proberen het product terug te krijgen en ontvoeren een nog steeds niets vermoedende Kiekeboe alsook de landloper. Gelukkig kan Fanny die als jobstudente werkt in het hotel het verband leggen tussen de boeven en de firma Snotdolf. Samen met haar vriend Jan betreden ze het bedrijf en komen net op tijd op te zien hoe het duo wordt weggevoerd naar de ruïnes van Marcus Vilanus. In dit oude amfitheater is een optreden aan de gang van de wereldberoemde artiest Dow Jones en de ontvoerders wanen er zich veilig. Dit is echter buiten Nopel gerekend die zijn vader en de landloper kan bevrijden.

Buiten is Inspecteur Dupiquet bezig om concertgangers te behoeden van zakkenrollers en net als hij een dame arresteerd lopen de Kiekeboes recht in zijn armen waardoor hij hun belagers makkelijk kan inrekenen. Het toeval wil dat de dame die gearresteerd werd zich uitgaf als Barones Gamba de Calamares en dat deze verantwoordelijk was voor de inbraken in het hotel waardoor ook de viseitjes worden teruggevonden.