258. De Hellehond

Nadat Allis op onverklaarbare manier Camelot heeft verlaten gaat Johan op zoek naar haar. Zijn zoektocht zal echter niet zonder gevaar zijn want Bahaal, de prins der duisternis, heeft Malfrat teruggehaald uit de dood en gaf hem de opdracht om eens en voor altijd af te rekenen met de Rode Ridder.

De ridder zijn zoektocht is nog maar net begonnen als hij neerstrijkt in een herberg in de hoop een spoor te vinden van Allis. Hij deelt de tafel met Ludolf, een zakenman als er plots een zwaargewonde man wordt binnengedragen. Zijn gezellen beweren dat de man werd aangevallen door de Hellehond. Johan gelooft niet in fabeltjes maar wanneer de koopman ook wordt aangevallen besluit de Rode Ridder om toch een onderzoek in te stellen. Niet veel later ontdekt hij een hut diep in het woud en treft er niemand minder dan Malfrat die de bewoner en zijn hond op gruwelijke wijze heeft om het leven gebracht. Als Malfrat het hazenpad kiest onderzoekt Johan de hut en vindt een brouwsel dat honden blijkbaar immens aggressief maakt. Hij heeft nu de ware aard van de hellehond ontdenkt maar welk motief had de man om van zijn honden dodelijke monsters te maken? Hij wordt in zijn denken gestoord door Sibert, de schoonzoon van de handelaar. Door in de hut op te duiken maakt hij zich onmiddellijk verdacht. Hij had immers het meeste te winnen bij de dood van zijn schoonvader. Zijn verloofde Rinelt, zou al diens geld erven waardoor hij zich rijk kon introuwen. Sibert vind de beschuldigingen een belediging en trekt het zwaard tegen de ridder. De man is natuurlijk geen partij voor een geoefende zwaardvechter maar dan duikt plots de andere hond op en valt Sibert ongenadig aan. Het gaat zo snel dat de ridder niet meer kan ingrijpen en enkele seconden later staat hij over het levenloze lichaam van de man.

Johan neemt de tijd om de hut nog eens grondig te doorzoeken en als hij een beurs vindt met de naam van Rinelt op geborduurd, begrijpt hij hoe de vork echt in de steel zit. Het is Rinelt die achter het mysterie zit. Hij confronteert de jonge vrouw maar ze weet te ontvluchten. Het noodlot kan je echter niet ontlopen en enkele mijlen verder schrikken haar paarden van een grommende hond waardoor ze de controle over haar koets verliest en onder de hoeven van haar paarden terecht komt. Hulp kan niet meer baten.
Nu Johan het raadsel van de hellehonden heeft opgelost, kan hij weer op weg. Volgt hij zijn eigen weg of zet hij zijn zoektocht naar Allis verder?