Hugon, de hofnar van Koning Arthur maakt een moeilijke periode door. Ondanks dat hij op Camelot met respect wordt behandeld gaat hij gebukt onder zijn misvorming en kleine gestalte. Zowel Merlijn als de Koningin proberen hem op te beuren maar niets lijkt te werken. Iedereen denkt dat zijn mismoed wel vanzelf zal over gaan en gaan verder met de orde van de dag. Zo ook de valkenjacht waaraan de Koningin in gezelschap van Johan en Lancelot deelnemen. De valk doet haar job en als Johan de buit wil gaan ophalen stoot hij op een zwaargewonde man. Hij werd neergeschoten door een pijl met zwarte veren. Net voordat hij sterft geeft hij aan dat er een boodschap voor de Koning in zijn reistas zit. Johan en zijn gevolg brengen de man naar Camelot en doen hun verhaal aan de Koning.
Als Johan het bericht naar de Koning wil brengen merkt hij dat het door Hugon werd gestolen. Hij wordt gevat maar de nar kan ontsnappen en verlaat Camelot. De ridders kunnen zijn gedrag niet verklaren en krijgen van Arthur de opdracht om de hofnar te vatten. De achtervolging wordt ingezet en na een tijdje vinden ze Hugon terug in een stad, klaar om geradbraakt te worden. Volgens de leenheer zou hij een boer hebben vermoord maar het was zelfverdediging. Hoe dan ook, Johan en Lancelot kunnen dankzij hun zegel van Ridder van de ronde tafel erger voorkomen en een zwaargewonde Hugon wordt meegenomen. De man is echter te zwak om te reizen en ze vinden hun onderkomen in de hut van een gesluierde vrouw. De vrouw verzorgt Hugon en ze verblijven er tot de Nar aangesterkt is. Hugon neemt de vrouw, die net zoals hij het lot van verminking heeft moeten ondergaan, in vertrouwen en verklaart haar zijn handelen. Met haar hulp kan hij opnieuw uit de greep van zijn vrienden blijven. De vrouw verraad zijn vertrouwen niet en vertelt de ridders enkel de richting waarin Hugon vertrok.
De achtervolging brengt beide mannen tot op het domein van de Heer van Brokland waar ze in de bossen een grote, uit steen gehouwen, raaf zien. Ze rijden verder naar het Kasteel van de leenheer die hen de legende van de zwarte raaf vertelt. Het is sekte die de zwarte raaf als een Godheid ziet en kinderen ontvoert om ze aan hun God te offeren. Sinds de Koning het bevel gaf om alle lijfeigenen vrij te laten heeft Brokland niet meer de verplichting om hen te beschermen en nu de ridders de jacht op de sekte wil inzetten denkt de heer van Brokland dat ze meer kwaad dan goed zullen doen. Hij trekt zelfs in twijfel of Johan en Lancelot wel degelijk lid zijn van de rode tafel en de kasteelheer voelt zich gesterkt in zijn beslissing wanneer Hugon plots aan hun getoond wordt. De nar is in het gebied geboren en stelt beide ridders nog nooit gezien te hebben. Dat was voldoende om beide mannen in de kerker te gooien. Brokland verdenkt ook Hugon ervan lid te zijn van de sekte en wil de Nar uit de weg ruimen. Hugon kan ontvluchten en vanuit hun gevangenis zien de ridders hoe Hugon het kasteel ontvlucht, op de hielen gezeten door de soldeniers van de kasteelheer. Hugon kent de streek goed en kan gelukkig ontkomen.
De nar gaat naar het dorp waar hij de bewoners kan overtuigen om de kinderen weg te leiden via geheime bospaden die hij kent van sinds zijn jeugd. Als de kinderen in Camelot zijn zullen de zwarte raven geen reden meer hebben om te blijven en zullen ze wegtrekken. De boeren stemmen toe en Hugon vertrekt met alle kinderen. Johan en Lancelot hebben ondertussen hulp gekregen van onbekenden en zijn kunnen ontsnappen. Hun zoektocht brengt hen eveneens naar het dorp waar ze oog in oog staan met de Heer van Brokland die aangeeft geen enkele verantwoordelijkheid te dragen waarna hij vertrekt. Johan en Lancelot blijven echter met de vraag zitten wat hun oude vriend heeft bezield en trekken eveneens het woud in. Ze vinden Hugon terug gewond door een pijl met zwarte veren. De kinderen zijn dus in handen gevallen van de sekte en Hugon smeekt de ridders om de kinderen te bevrijden. Hij weet immers wie de leider van de sekte is. Het is niemand minder dan de Heer van Brokland zelf die de bevolking wou terroriseren nu hij al zijn lijfeigenen heeft moeten vrijlaten. Johan en Lancelot beloven hem de kinderen te bevrijden en niet veel later wordt de kasteelheer gedood door Johans zwaard. de nachtmerrie voor de boeren is voorbij maar Hugon zal zijn verhaal nog aan de Koning moeten doen. Als deze echter verneemt dat Hugon de kinderen van zijn geboortedorp wou beschermen als een echte ridder is hij trots op zijn hofnar en wordt alles vergeven.