Na een opdracht keert Hugon, de hofnar terug naar Camelot. Op zijn weg komt hij soldeniers tegen die met geweld zijn paard willen afnemen. Door van zijn slinger gebruik te maken kan hij ontkomen en een veilig onderkomen vinden op het kasteel van heer Rowan en diens dochter Eliane. In ruil voor hun gastvrijheid vermaakt hij ze maar het lachen vergaat hun wanneer een dienaar het bezoek aankondigt van hun leenheer Codrick. Omdat Heer Rowan zijn huurgeld niet kan betalen wil Codrick schadeloosstelling door te huwen met Eliane. Rowan en Eliane weigeren echter en Codrick ziet dit als een belediging en eist eerherstel door een duel. Omdat Codrick een geoefend zwaardvechter is kan enkel een ridder het tegen hem opnemen. En die ridder kan enkel gevonden worden aan de ronde tafel.
Hugon heeft het gesprek gehoord en biedt zich aan om naar Camelot te snellen om de ridders van de rode tafel te vragen om de handschoen op te nemen. Bij het eerste ochtendgloren vertrekt hij maar wordt onmiddellijk op de hielen gezeten door de mannen van Codrick die willen voorkomen dat er de ridders van de koning gevraagd kunnen worden. Met veel bijval kan Hugon de bossen rond Camelot bereiken maar wordt dan in het nauw gedreven. Het ziet er slecht uit voor de hofnar maar wordt op het laatste nippertje gered door Johan en Lancelot die bij toeval in de bossen aan het jagen waren. De koning wordt op de hoogte gebracht en omdat iedereen zijn leven wil geven voor de goede zaak laten ze het lot beslissen. Cinric, een jonge ridder wordt gekozen. Om zijn gebrek aan ervaring te compenseren geeft Merlijn hem een ring die hem in staat moet stellen om zijn angst te overwinnen. Onbevreesd trekt hij naar het kasteel van Rowan om diens eer en die van zijn dochter te verdedigen.
Codric laat er geen gras over groeien en zoals de regels van het duel aangeven mag Cinric de wapens en de locatie kiezen. Hij kiest voor een klein rotsig eiland en wil de leenheer bekampen met zwaard en schild. Bijgestaan door de ring van Merlijn kantelt het gevecht al snel in het voordeel van de jonge ridder en als hij Codric in de schouder treft is het gevecht afgelopen. Hoewel zijn tegenstander de hulp van Merlijn te weten gekomen is kan hij niets beginnen tegen de toverkracht van Merlijn en druipt hij en zijn soldeniers af.
De wonde van de man is vrij ernstig en wanneer ze begint te ontsteken gaat hij aan het ijlen. Hij denkt dat hij de schande van het verlies niet kan uitwissen en kiest voor zelfmoord. Hij begeeft zich met zijn zware wapenuitrusting in een nabij gelegen meertje maar net als hij dreigt te verdrinken wordt hij gered door een geheimzinnige vrouw. Als Codrick bijkomt stelt de vrouw haar voor. Ze heet Gawhint, en werd jaren geleden naar de grotten onder de zeespiegel verbannen door Merlijn toen ze een magische krachtmeting verloor. Nu zint ze op wraak en sluit een pact met de Codric. Als hij haar de ring van Merlijn kan bezorgen kan zij de magische kracht van Merlijn overtreffen. De man keert terug naar zijn manschappen en wachten op het goede moment om toe te slaan. Dat moment komt wanneer Eliane en Cinric genieten van de jacht in de bossen. Cinric verweert zich als een duivel in wijwater maar kan niet voorkomen dat Eliane wordt gevangen genomen. Hij gaat achter haar aan en treft haar vastgeketend aan een rots en bewaakt door Codrick met naast hem de bannelinge en een wezen dat enkel kan beschreven worden als een reusachtige kever. Cinric krijgt een ultimatum. De ring voor het leven van Eliane.
Cinric twijfelt geen seconde en geeft de ring af. Weerloos als hij is wordt hij neergeslagen maar vooraleer de boosaard de genadeslag kan toedienen dagen Johan en Lancelot op. De koning zond ze achterna om hulp te bieden indien nodig. De aanwezigheid van beide ridders geeft de jonge knaap moed en besluit om Eliane te redden uit haar ketens en gaat het gevecht aan met haar bewaker. Al snel merkt hij dat het een ongelijke strijd is wanneer zijn zwaard het pantser van de kever niet kan doorbreken. Als zijn twee vrienden ter hulp schieten is het pleit snel beslecht. De tor verdwijnt onder water en Rowans dochter kan bevrijdt worden. Nu moeten ze nog achter Codrick en Gawhint aan. Ze dalen af in de rotsen waar het duo zich schuilhoudt. Gawhint claimt dat ze de macht van Merlijn heeft gebroken en schuift Merlijns ring aan Codricks vinger. Hij waant zich onoverwinnelijk maar Cinric is als ridder van de ronde tafel van geen kleintje vervaart en slaat toe. Codrick sleept zich naar de bannelinge en valt dood voor haar voeten. Ook de vrouw doet de ring om maar blijkbaar was Merlijns kracht toch niet gebroken want de ring brand als vuur op haar vinger. Dan begint de grot te bibberen en te beven. De drie ridders zijn nog net op tijd om de grot te verlaten en toe te kijken hoe de grot onder water verdwijnt. Hun tegenstanders zijn verslagen en Cinric verklaart zijn liefde aan Eliane en vraagt om haar hand.